Difference between revisions of "Licht van Azië"

From Ingmar de Boer
Jump to: navigation, search
Line 1: Line 1:
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
+
   <P style="margin-top: 15px; margin-bottom: 15px;>
 
   Noordwaarts rijzen <BR>
 
   Noordwaarts rijzen <BR>
 
   de vlekkeloze hellingen, de muur van de Himalaya,<BR>
 
   de vlekkeloze hellingen, de muur van de Himalaya,<BR>
 
   in witte ranken uitgemeten tegen het blauw - onbetreden,
 
   in witte ranken uitgemeten tegen het blauw - onbetreden,
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 15px; margin-bottom: 15px;>
 
   Oneindig, schitterend - haar hooglanden uitgestrekt,<BR>
 
   Oneindig, schitterend - haar hooglanden uitgestrekt,<BR>
 
   verheven heelal van kam en rots,<BR>
 
   verheven heelal van kam en rots,<BR>
Line 12: Line 12:
 
   tot schijnbaar in de hemel staand, en sprekend met de goden.
 
   tot schijnbaar in de hemel staand, en sprekend met de goden.
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Onder de sneeuwhellingen vloeien donkere wouden, scherpgerand,<BR>
 
   Onder de sneeuwhellingen vloeien donkere wouden, scherpgerand,<BR>
 
   Met gapende watervallen, wolkensluiers:<BR>
 
   Met gapende watervallen, wolkensluiers:<BR>
Line 18: Line 18:
 
   Waar de roep van de fazant klinkt, het gehuil van de panter,
 
   Waar de roep van de fazant klinkt, het gehuil van de panter,
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Het klepperen van wilde schapen op de stenen, <BR>
 
   Het klepperen van wilde schapen op de stenen, <BR>
 
   en de schreeuw van cirkelende adelaars: <BR>
 
   en de schreeuw van cirkelende adelaars: <BR>
Line 32: Line 32:
 
   Met schijf en haak - om wijsheid en rijkdom te schenken
 
   Met schijf en haak - om wijsheid en rijkdom te schenken
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   [...]
 
   [...]
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   <I>p.57:</I>
 
   <I>p.57:</I>
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   In een rustig thuis van gelukkig leven en van liefde<BR>
 
   In een rustig thuis van gelukkig leven en van liefde<BR>
 
   Verbleef de heer Buddha, onwetend van smart,<BR>
 
   Verbleef de heer Buddha, onwetend van smart,<BR>
 
   Of gebrek, of pijn, of pest, ouderdom of dood,
 
   Of gebrek, of pijn, of pest, ouderdom of dood,
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Behalve zoals in dromen slapers over vage zeëen dwalen,<BR>
 
   Behalve zoals in dromen slapers over vage zeëen dwalen,<BR>
 
   En moede landen op de kusten van de dag,<BR>
 
   En moede landen op de kusten van de dag,<BR>
 
   En vreemde koopwaar brengen van die duistere reis.
 
   En vreemde koopwaar brengen van die duistere reis.
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Vaak als hij met zijn hoofd zacht rustte,<BR>
 
   Vaak als hij met zijn hoofd zacht rustte,<BR>
 
   op de donkere borsten van Yasodhara,<BR>
 
   op de donkere borsten van Yasodhara,<BR>
Line 54: Line 54:
 
   Begon hij soms te huilen, "Mijn wereld!, O mijn wereld!
 
   Begon hij soms te huilen, "Mijn wereld!, O mijn wereld!
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Ik hoor! Ik weet! Ik kom!" waarop zij vroeg,<BR>
 
   Ik hoor! Ik weet! Ik kom!" waarop zij vroeg,<BR>
 
   "Wat scheelt mijn heer?" met bevreesde grote ogen;<BR>
 
   "Wat scheelt mijn heer?" met bevreesde grote ogen;<BR>
Line 60: Line 60:
 
   vreselijk, en zijn gelaat als van een godheid.
 
   vreselijk, en zijn gelaat als van een godheid.
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Dan lachte hij weer om haar tranen te stelpen,<BR>
 
   Dan lachte hij weer om haar tranen te stelpen,<BR>
 
   En vroeg de vina's te laten klinken, maar toen ze eenmaal klonken<BR>
 
   En vroeg de vina's te laten klinken, maar toen ze eenmaal klonken<BR>
 
   Een besnaarde kalebas op een dorpel, was daar de wind
 
   Een besnaarde kalebas op een dorpel, was daar de wind
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Slepend langs de noten, en speelt vrij zoals hij wil -<BR>
 
   Slepend langs de noten, en speelt vrij zoals hij wil -<BR>
 
   Wilde muziek op zilvere snaren maakt de wind -<BR>
 
   Wilde muziek op zilvere snaren maakt de wind -<BR>
Line 72: Line 72:
 
   En voor hem zongen ze woorden zoals deze:
 
   En voor hem zongen ze woorden zoals deze:
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Wij zijn de stemmen van de dolende wind,<BR>
 
   Wij zijn de stemmen van de dolende wind,<BR>
 
   Die klagen om rust, maar rust nooit vinden;<BR>
 
   Die klagen om rust, maar rust nooit vinden;<BR>
Line 78: Line 78:
 
   Een kreun, een zucht, een snik, een storm een twist.
 
   Een kreun, een zucht, een snik, een storm een twist.
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Waarom en vanwaar wij zijn kunt gij niet weten,<BR>
 
   Waarom en vanwaar wij zijn kunt gij niet weten,<BR>
 
   Vanwaar het komt of waarheen het leven gaat;<BR>
 
   Vanwaar het komt of waarheen het leven gaat;<BR>
Line 84: Line 84:
 
   Welk genoegen beleven wij aan ons veranderlijk lijden?
 
   Welk genoegen beleven wij aan ons veranderlijk lijden?
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Welk genoegen beleeft gij aan uw onveranderlijk geluk?<BR>
 
   Welk genoegen beleeft gij aan uw onveranderlijk geluk?<BR>
 
   Nee, als de liefde blijvend was, dan zou erin genoegen zijn;<BR>
 
   Nee, als de liefde blijvend was, dan zou erin genoegen zijn;<BR>
Line 90: Line 90:
 
   Zijn slechts korte stemmen geademd op wisselende snaren.
 
   Zijn slechts korte stemmen geademd op wisselende snaren.
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   O zoon van Maya! omdat we de aarde bewonen<BR>
 
   O zoon van Maya! omdat we de aarde bewonen<BR>
 
   klagen wij op deze snaren; en maken geen vrolijkheid,<BR>
 
   klagen wij op deze snaren; en maken geen vrolijkheid,<BR>
Line 96: Line 96:
 
   Zo vele stromende ogen en wringende handen.
 
   Zo vele stromende ogen en wringende handen.
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <<P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Toch spotten we terwijl de jammeren, want, konden zij weten,<BR>
 
   Toch spotten we terwijl de jammeren, want, konden zij weten,<BR>
 
   Dat het leven waaraan zij hangen is, slechts een leeg toneel;<BR>
 
   Dat het leven waaraan zij hangen is, slechts een leeg toneel;<BR>
Line 102: Line 102:
 
   Of een stromende rivier, met uw hand.
 
   Of een stromende rivier, met uw hand.
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Maar gij zijt te redden, uw uur is nabij!<BR>
 
   Maar gij zijt te redden, uw uur is nabij!<BR>
 
   De trieste wereld wacht in zijn ellende,<BR>
 
   De trieste wereld wacht in zijn ellende,<BR>
Line 108: Line 108:
 
   Sta op, kind van Maya! word wakker! en val niet weer in slaap!
 
   Sta op, kind van Maya! word wakker! en val niet weer in slaap!
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Wij zijn de stemmen van de zwervende wind:<BR>
 
   Wij zijn de stemmen van de zwervende wind:<BR>
 
   Zwerft gij nu ook, O Prins, om uw rust te vinden;
 
   Zwerft gij nu ook, O Prins, om uw rust te vinden;
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Laat de liefde voor de liefde van de geliefden, ten gunste van de smart<BR>
 
   Laat de liefde voor de liefde van de geliefden, ten gunste van de smart<BR>
 
   Verlaat uw land uit droefheid, en schenk bevrijding.
 
   Verlaat uw land uit droefheid, en schenk bevrijding.
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
   Zo zuchten wij, over de zilveren snaren strijkend,<BR>
 
   Zo zuchten wij, over de zilveren snaren strijkend,<BR>
 
   Tot hem die nog niet weet van aardse dingen;<BR>
 
   Tot hem die nog niet weet van aardse dingen;<BR>
Line 122: Line 122:
 
   Deze schone schaduwen waarmee ge speelt.
 
   Deze schone schaduwen waarmee ge speelt.
 
   </P>
 
   </P>
   <P>
+
   <P style="margin-top: 20px; margin-bottom: 20px;>
 
    
 
    
 
   <I>Vertaling Ingmar de Boer, 1999, paginanummers uit de eerste editie: Donohue, Henneberry & Co., Chicago, 1879.</I>
 
   <I>Vertaling Ingmar de Boer, 1999, paginanummers uit de eerste editie: Donohue, Henneberry & Co., Chicago, 1879.</I>
 
   </P>
 
   </P>

Revision as of 13:38, 10 December 2019

Noordwaarts rijzen
de vlekkeloze hellingen, de muur van de Himalaya,
in witte ranken uitgemeten tegen het blauw - onbetreden,

Oneindig, schitterend - haar hooglanden uitgestrekt,
verheven heelal van kam en rots,
Helling en richel, groene helling, piek van ijs,
Gescheurd ravijn, en afgrond van splinters
Leiden de opstijgende gedachte hoger en hoger,
tot schijnbaar in de hemel staand, en sprekend met de goden.

Onder de sneeuwhellingen vloeien donkere wouden, scherpgerand,
Met gapende watervallen, wolkensluiers:
Lager groeien rozeneiken[?], en de uitgestrekte sparrenwouden
Waar de roep van de fazant klinkt, het gehuil van de panter,

Het klepperen van wilde schapen op de stenen,
en de schreeuw van cirkelende adelaars:
Daaronder gloeit de vlakte
Als een gebedskleed aan de voet van deze heilige altaren.
Daartegenover lieten de bouwers verrijzen, het heldere paviljoen,
Stevig neergezet op de met terrassen bedekte heuvel,
Met torens aan beide zijden, zuilengangen rondom.
Op de stijlen gebeeldhouwd, de verhalen van vergane tijd -
Radha en Krishna, en de meisjes van het land -
Sita, Hanuman, Draupadi;
En op het middenportaal de God Ganesha,
Met schijf en haak - om wijsheid en rijkdom te schenken

[...]

p.57:

In een rustig thuis van gelukkig leven en van liefde
Verbleef de heer Buddha, onwetend van smart,
Of gebrek, of pijn, of pest, ouderdom of dood,

Behalve zoals in dromen slapers over vage zeëen dwalen,
En moede landen op de kusten van de dag,
En vreemde koopwaar brengen van die duistere reis.

Vaak als hij met zijn hoofd zacht rustte,
op de donkere borsten van Yasodhara,
Haar tedere handen langzaam zijn slapende oogleden waaierend,
Begon hij soms te huilen, "Mijn wereld!, O mijn wereld!

Ik hoor! Ik weet! Ik kom!" waarop zij vroeg,
"Wat scheelt mijn heer?" met bevreesde grote ogen;
Want op zulke momenten was het medelijden in zijn blik
vreselijk, en zijn gelaat als van een godheid.

Dan lachte hij weer om haar tranen te stelpen,
En vroeg de vina's te laten klinken, maar toen ze eenmaal klonken
Een besnaarde kalebas op een dorpel, was daar de wind

Slepend langs de noten, en speelt vrij zoals hij wil -
Wilde muziek op zilvere snaren maakt de wind -
En zij die eromheen lagen hoorden dit slechts;
Maar Prins Siddharta hoorde de devas spelen,
En voor hem zongen ze woorden zoals deze:

Wij zijn de stemmen van de dolende wind,
Die klagen om rust, maar rust nooit vinden;
Hoor!, zoals de wind, zo is het sterfelijke leven,
Een kreun, een zucht, een snik, een storm een twist.

Waarom en vanwaar wij zijn kunt gij niet weten,
Vanwaar het komt of waarheen het leven gaat;
Wij zijn zoals gij zijt, geesten uit het ledige,
Welk genoegen beleven wij aan ons veranderlijk lijden?

Welk genoegen beleeft gij aan uw onveranderlijk geluk?
Nee, als de liefde blijvend was, dan zou erin genoegen zijn;
Maar de weg van het leven, is de weg van de wind, al deze dingen
Zijn slechts korte stemmen geademd op wisselende snaren.

O zoon van Maya! omdat we de aarde bewonen
klagen wij op deze snaren; en maken geen vrolijkheid,
Zoveel smarten zien wij, in vele landen,
Zo vele stromende ogen en wringende handen.

<

Toch spotten we terwijl de jammeren, want, konden zij weten,
Dat het leven waaraan zij hangen is, slechts een leeg toneel;
Alsof ge een wolk wilde tegenhouden,
Of een stromende rivier, met uw hand.

Maar gij zijt te redden, uw uur is nabij!
De trieste wereld wacht in zijn ellende,
De blinde wereld struikelt over zijn cyclus van lijden;
Sta op, kind van Maya! word wakker! en val niet weer in slaap!

Wij zijn de stemmen van de zwervende wind:
Zwerft gij nu ook, O Prins, om uw rust te vinden;

Laat de liefde voor de liefde van de geliefden, ten gunste van de smart
Verlaat uw land uit droefheid, en schenk bevrijding.

Zo zuchten wij, over de zilveren snaren strijkend,
Tot hem die nog niet weet van aardse dingen;
Zo spreken wij; spottend, terwijl wij sterven,
Deze schone schaduwen waarmee ge speelt.

Vertaling Ingmar de Boer, 1999, paginanummers uit de eerste editie: Donohue, Henneberry & Co., Chicago, 1879.